De woestijn is een plek van ontbering en daarom niet zelden de plek waar je maar moet zien hoe je overleeft. Het is ook een plek van eenzaamheid. Je bent daar helemaal op jezelf terug geworpen. Omgeven door de kruiswegstaties een goede plek om tot jezelf te komen.
In de woestijntuin staat o.a. de Judasboom, maar vind je ook de mierikswortel. Een kruid dat verwijst naar de bittere tijd van het joodse volk tijdens hun ballingschap.
In de joodse traditie wordt de mierikswortel gebruikt als bitter kruid. Deze traditie gaat terug tot hun bevrijding uit Egypte. Het land waar ze slaven waren. Tijdens de jaarlijkse sedermaaltijd waarin ze deze bevrijding gedenken staat dit bittere kruid altijd op tafel.
Bijzonder is dat er in de woestijntuin een Steeneik staat. Deze verwijst naar het verhaal van Susanna.
‘Waarom hebt u ons weggehaald uit Egypte?’ verweten ze God en Mozes. ‘Om ons in de woestijn te laten sterven? We hebben geen brood en geen water, en we kunnen dit ellendige eten niet meer zien.’
Numeri 21,5